Koperen Passer TienenClub V-9 |
|||||
|
VAN AMSTERDAM TOT VOLENDAM VIA MARKENEen "roadbook" (september 2016) De start14 (m.) + 7 (v.) = 21 “amsterdammertjes” die op 23 september in de stad aan de Amstel tulpen uit A’dam, de Walletjes, Johnny Jordaan, de Pijp, A’dam by night of wie weet wat nog hoopten te vinden! Veel thuisblijvers werden afgeschrikt door het “gewicht” van de uitstap: zij dus niet! En of die afwezigen ook hier weer in het ongelijk werden gesteld? Lees maar verder! Maar eerst nog dit: er schuilt een ontluikend schrijver-, straffer nog: dichterschap in onze rangen! Zeer onlangs tuimelde volgend werkstukje in mijn mailbox: (tussen haakjes: “root” bevat geen taal-, spel- of tikfout, maar is in het plaatselijk dialect - en waarschijnlijk ook nog in vele andere - de plastische omschrijving van een “rij”! Hier gaan we:
Dat verdient toch een pluim zeker! En…. smaakt naar meer! En dan nu ons “roadbook”! 7.30 uur: De Goossensvest in het prille - voor sommigen blijkbaar veel te prille! - ochtendlicht, nog ietwat in het grijs gevangen, maar veelbelovend aan de einder. Iedereen flink op tijd, zelfs geen aarzelende horloges deze keer, de bus voorbeeldig warmgedraaid door chauffeur Guide Pans van Olympia’s Car en dus wegwezen naar het verre Amsterdam en het nog verdere Volendam. Eens voorbij de grens ontwaakte ook langzaam de bus en kon er genoten worden van het mooie Hollandse landschap. Dat Nederland een “waterland” is, leerden we al op de lagere school, maar hier werd het toch erg aanschouwelijk! Lijnrecht verdeelden talloze kanaaltjes het horizonwijde grasland in een ware lappendeken van groene rechthoeken en hielden zo honderden koeien, schapen of paarden netjes op hun afgebakend stukje wereld “gevangen”. Elders vingen bredere kanalen al die kleintjes op om ze op hun beurt naar verre einders weg te voeren. Dichter bij de bewoonde wereld doemden dan de klassieke Hollandse huizen op, netjes gerijd alsof ze steun zochten bij elkaar en met de piepkleine tuintjes ter verwelkoming. In schril contrast met al deze rust maar toch stipt op tijd slokte het drukke geweld van Amsterdam ons op, waar stramme knieën blij waren zich tot normale verhoudingen te kunnen ontplooien!... 10.30 uur:Amsterdam Centraal Station: druk… druk…druk…! Fietsers links, fietsers rechts, voor en achter, auto’s, bussen, trams; ze eisen allemaal luid rinkelend, toeterend of bellend hun plaats op in het verkeer. De barman van het “Koninklijk Koffiehuys” vlak bij onze bushalte wist niet wat hem overkwam toen zijn etablissement plots bestormd werd door drank- of plaslustige Belgen! Ondertussen was Guido te weten gekomen waar wij de boot zouden ingaan, letterlijk dan! “Lovers Canal Cruises” (what’s in a name!) aan de Prins Hendrikkade was de uitverkorene, niet zonder levensgevaar bereikbaar aan de overkant. Maar het lukte en met ‘slechts’ een klein half uurtje vertraging (de Lovers Captain had braaf op ons gewacht!) zochten we onze gereserveerde plaatsen op aan boord van de met zonne-energie aangedreven motoren van de open luxeboot voor een uurtje varen over Amsterdamse grachten. In een halve boog omarmen de vier hoofdgrachten - Singel, Herengracht, Keizersgracht en Prinsengracht - de oude stadskern om samen een uitweg te zoeken in de Amstel. Deze schilderachtige grachtengordel werd enkele jaren geleden op de Wereld Erfgoedlijst van de UNESCO geplaatst. De “oortjes” die ons tijdens de tocht in een taal naar keuze (liefst 18 verschillende!) zouden voorzien van de nodige informatie, vonden niet bij iedereen even vlot hun plaats! Blijkbaar hadden sommigen nogal gevoelige of te grote oren! Geluidloos glijdt onze boot weg van de kade en onmiddellijk valt, schuin tegenover het station, de Rooms-Katholieke Basiliek van de H. Nicolaas op. Je kan moeilijk naast de 8-hoekige toren met de enorme koepel en kruis kijken! Even verder passeren we de Openbare Bibliotheek van Amsterdam (OBA) die dagelijks zo’n 5000 bezoekers over de vloer krijgt! Vlakbij het Nationaal Scheepvaartmuseum ligt een replica van de “Amsterdam”, eigendom van de Nederlandse Oost-Indische Compagnie en gebouwd voor het goederentransport naar Oost-Indië. Het schip verging echter al tijdens een storm in het Kanaal amper een jaar na de tewaterlating. We verlaten het Oosterdok en varen de Herengracht op. Deze wordt beschouwd als de belangrijkste gracht van Amsterdam. In de 17de eeuw woonden er de rijkste kooplieden en de meest invloedrijke regenten en burgemeesters van de stad. De ambtswoning van de burgemeester bevindt zich nu nog aan deze gracht. Verschillende gevelvormen sieren de huizen: trap of hals, snavel of klok: ze bekampen elkaar om ter mooist! Aan de boorden van de Amstel nabij de Magere Brug (een ophaalbrug van wit geschilderd hout met dubbel ophaalmechanisme, in de volksmond zo genoemd omdat ze zo smal was dat voetgangers elkaar moeilijk konden passeren) pronkt de Hermitage, samen met het Rijksmuseum een van de twee grootste musea van Amsterdam. De naam is ontleend aan de gelijknamige Hermitage in St.-Petersburg, dat in A’dam één van zijn belangrijkste filialen heeft. Voorbij de Hermitage schuiven we onder de Blauwbrug door richting Stadhuis. De naam van deze brug is afgeleid van de in Nassaublauw geschilderde houten brug die hier vroeger beide oevers van de Amstel verbond. Het is een van de meest markante bruggen van A’dam. Aan de boorden van de Amstel, schuin tegenover de Blauwbrug, rijst het Stadhuis dat tevens dienstdoet als operagebouw, door de Amsterdammers omgedoopt tot Stopera. De bouw was van in het begin erg omstreden - een hele buurt moest worden gesloopt! - en kreeg al gauw de spotnaam ”Het Kunstgebit”. Iets verderop komt de Amsterdam Icebar in zicht. Alles is er in ijs: muren, bar, krukken, zelfs de glazen! Een warme jas en wanten krijg je bij het binnenkomen en houden je lekker op temperatuur! Je kan er ook een rit van 10 minuten maken door een fantasie-ijslandschap. Terug naar de Herengracht dan waar “het Huis met de Kolommen” en het “Kattenkabinet” onze aandacht opeisen. Dat laatste is een museum met kunstuitingen die allemaal de kat als onderwerp hebben. Ter hoogte van de Regulierengracht, een van de mooiste grachten van A’dam, wijzen onze oortjes ons op een van de meest gefotografeerde doorkijkjes met zicht op de zeven beroemde bruggen. Ter hoogte van de Leidsegracht passeren we de Gouden Bocht. Dit gedeelte van de Herengracht dankt zijn naam aan de immens rijke handelaren en reders die zich hier in de Gouden Eeuw vestigden in de weelderigste grachtenpanden. Vandaag zijn in de meeste van deze gebouwen banken en consulaten gevestigd. Via de Leidsegracht steken we over naar de Keizersgracht, de middelste van de drie hoofdgrachten en tevens de breedste in de binnenstad, genoemd naar Keizer Maximiliaan van Oostenrijk. Oorspronkelijk was hier een brede boulevard gepland, maar de toekomstige bewoners wilden water voor hun deur zodat ze hun huis per boot konden bereiken! Als het in de winter vriest, is varen op deze gracht verboden zodat het ijs ongeschonden blijft. Zodra het ijs dik genoeg is, kunnen de Amsterdammers schaatsen op de Keizersgracht. Het Huis met de hoofden een eind verder is genoemd naar de zes beelden van hoofden van Romeinse goden en godinnen die uit de gevel steken. We zitten nu vlakbij de Jordaan met de Westerkerk als grandioze blikvanger. Ze is gebouwd tussen de Keizersgracht en de Prinsengracht, op de grens met de Jordaan. Dit prachtige gebouw, 85 m hoog, is de grootste protestantse kerk in Nederland. Ze bezit een beroemd carillon en is getooid met de blauw geschilderde keizerskroon, een geschenk van keizer Maximiliaan van Oostenrijk. Anne Frank vermeldt de kerk meermaals in haar dagboek. Binnen in de kerk bevindt zich het graf van Rembrandt, maar niemand weet precies waar! Pal voor de kerk aan de Keizergrachtzijde staat een monument dat uniek is in de wereld: het homomonument. Het herdenkt de duizenden homo’s en lesbiennes die in de 2de W.O. vermoord werden in de concentratiekampen. We glijden voorbij het Anne Frankhuis, waar Anne, een van de bekendste historische figuren in A’dam, vooraleer opgepakt te worden, ruim twee jaar ondergedoken leefde in Het Achterhuis, waar zij ook haar gelijknamige dagboek schreef. Achter de Prinsengracht, de derde en buitenste van de drie hoofdgrachten, ligt de Jordaan, ongetwijfeld de meest bezongen, beschreven en geromantiseerde stadswijk van Nederland! Ooit aangelegd voor de minder bedeelden, vandaag een favoriete wijk voor studenten, artiesten en jonge ondernemers. Meerdere keren was de Jordaan het toneel van protest, vaak niet zonder doden: zo onder meer het Palingoproer, waarbij de politie het verboden volksspel “palingtrekken” probeerde te verhinderen en het Jordaanoproer tegen de verlaging van de steunuitkeringen. Op heel wat grachten ligt een grote verscheidenheid aan woonboten voor anker. Ze zijn ontstaan ten tijde van woningnood en vertonen alle vormen, kleuren en modellen. De meeste zijn voorzien van stroom en water, maar riolering ontbreekt! Via de Brouwersgracht, zo genoemd naar de vele brouwerijen die hier vroeger gevestigd waren, en nog een stukje Singel bereiken we na een uurtje varen weer ons vertrekpunt. Amsterdam van op het water met vrienden erbij, de grachten in kikvorsperspectief, de zon blikkerend op het schuimende water van de schroef… ’t Was mooi en het had nog wel even mogen duren!... Maar… 11.30 uur:Vrije tijd: vlotte ontscheping en weer vaste grond onder de voeten. We kregen een uurtje de vrijheid om ons “goesting” te doen en… iedereen deed braafjes wat de ander deed! Een bezoek aan een Hard Rock Café zat er niet meteen in en dus gezamenlijk op zoek naar een geschikt terrasje. Dat vonden we vlakbij de plaats waar de bus ons zou oppikken; daar konden we nog genieten (voor zover de norse ober dat toeliet!) van een klein “clubarrangement”. Fons en Fred hadden ondertussen een computerwinkel ontdekt, dus die waren ook gelukkig! Onze chauffeur was dat minder, want toen hij te vroeg op de plaats van afspraak arriveerde, werd hij prompt door de politie weggestuurd en kon hij nog een rondje draaien door de drukte van het middaguur! Uiteindelijk stond iedereen op het afgesproken uur op de afgesproken plaats en konden we weg uit het drukke Amsterdam. 13.00 uur:Naar Marken: eiland of schiereiland? Kies zelf maar en ga daarbij af op je eigen gevoel. Sinds 1957 is Marken via een dijk verbonden met Volendam en is het voormalige eiland dus in feite een schiereiland geworden. Tot dan dus was Marken een eiland, eerst in de Zuiderzee en later in het IJsselmeer. Maar ondanks die aansluiting met het vasteland heeft Marken zijn authentieke eilandkarakter toch weten te bewaren. De rit naar Marken met de bus over de dijk tussen Gouwzee en Markermeer, is wel een behoorlijk indrukwekkende ervaring! Het vroegere vissersdorp is een van de grootste toeristische trekpleisters van Nederland en vrijwel heel Marken (Mèreke voor zijn bewoners!) is beschermd stadsgezicht. Karakteristiek zijn de keurig groengelakte (Jacqueline van Jean werd er op slag verliefd op!) houten huizen op palen en de terpen of werven, kunstmatige verhogingen waarop werd gebouwd. Eeuwen geleden was Marken ook al verbonden met het vasteland, maar door voortdurende veenontginningen kwam het land lager te liggen; stormen en stijging van de zeespiegel deden de rest: Marken werd een eiland. De opgeworpen terpen boden bescherming tegen het oprukkende water. Ooit waren er 27, nu nog ± 15 waarvan 12 bewoond en 1 die als begraafplaats dient. Door de aangroei van de bevolking o.m. door het succes van de visserij, werden de terpen te klein en werden huizen op palen gebouwd. 13.45 uur: Lunchtijd in “Taverne De Visscher”, een gezellig eethuis in de havenbuurt, schitterend gelegen in het pittoreske haventje met uitzicht op de haven en het Markermeer. Het is er aangenaam vertoeven, de bediening erg vriendelijk, het eten niet culinair hoogstaand maar best wel lekker (behalve de soep vonden sommigen!): 19 kozen voor de visfilet, 2 voor het kieken. Bij het aperitief - een cadeautje van de clubkas -werden de drie jarigen van de maand (de afwezige Rik, Romain en Pierre) genomineerd voor een kroontje, wat in dank aanvaard werd! 15.00 uur:Naar Volendam: Terwijl de bus de tocht naar Volendam over land maakte, klommen wij aan boord van de “Marken Express” die ons aan de steiger vlak voor De Visscher kwam oppikken. Ieder zocht een plekje en bij een gezellige babbel, al of niet van een drankje voorzien, gleed het half uurtje van de overtocht zo voorbij. 15.30 uur:Aankomst in Volendam: we landen aan de Dijk met de vele winkeltjes, restaurants en terrasjes, waar toeristen genieten van de authentieke sfeer, het uitzicht op de haven en het water en…van de zon! Victor wil al onmiddellijk een paar klompen passen, maar ze vallen jammer genoeg een maatje te groot uit! Naar het schijnt zijn de stadsgenoten van Jantje Smit een ras apart, maar als een Volendammer zegt: “U bent geen toerist op Volendam, U bent bij ons te gast”, dan zullen we dat al gauw ervaren in het echt! 16.00 uur:Bezoek aan de Cheese Factory Volendam: de verwelkoming door heel wat vrouwelijk schoon verloopt hartelijk. Wat onmiddellijk opvalt: dit is geen traditionele kaasmakerij, maar eerder een attractie! Iedereen trekt al dadelijk op verkenning in het shoppinggedeelte met kazen in alle geuren en kleuren, vormen en modellen, tot een hele waaier, zelfs exclusieve kaasaccessoires! 16.30 uur:Vrije tijd: we kregen van onze chauffeur nog een half uurtje voor een blitz-verkenning van Volendam. De meesten beperkten zich tot een wandeling op de zonovergoten dijk, terrasje doen, etalages kijken of ijsje snoepen. Het uitzicht over het IJsselmeer dat voortdurend wisselt onder de invloed van zon, wind en wolkenvelden is voor heel wat toeristen - jaarlijks bijna 2 miljoen! - en uiteraard de Volendammers zelf altijd weer een goeie reden voor een “loopie over de Dijk”! Ondanks de verleiding van ‘een volgende keer meer Volendam’, zat er voor ons deze keer niet méér in want… 17.15 uur:Inschepen geblazen voor de “retour” naar Vlaanderen. Iedereen flink op tijd, de bus ook en dus wegwezen. In tegenstelling tot de ochtendrit, verliep de tocht nu minder vlot, maar hoewel het leek alsof ze al de files en opstoppingen voor ’s avonds hadden opgespaard en er zelfs nog een vertraging wegens ongeval in Machelen bovenop kwam, draaiden we toch nog behoorlijk op tijd de Goossensvest op. Bij het afscheid bleek dan dat iedereen blij verrast was over deze uitstap - moe maar tevreden zoals dat heet - en dat de afwezigen ook deze keer weer ongelijk hadden. Het zal ze leren!… Volgende keer beter dan maar en… Doei! Pierre |
|
|||