Koperen Passer TienenClub V-9 |
|||||
|
Tweeëntwintig mannen en elfduizend maagdenNovember 2016 Toen de bus zich vochtig een weg baande door de Tiense vrijdagochtenddrukte, lieten we het ons ogenschijnlijk wel aanleunen dat de regen zich slaperig omhoog zwijmelde tegen de immense voorruit die onze hoogzitter zou worden voor de volgende vierenveertig minuten. Lege perenbomen in een Hagelands landschap, Halense windmolens langs beregende witte strepen, afgevlakte kinderhoofdjes van een lange toegangsdreef en een lange rij koperen mannen wandelend tussen verregende herfstbladeren zonder bomen. En dan was er ook gids Tilkin in het poortgebouw met een Kabouter Plopdeurtje. De vermaarde vrouwenabdij van Herkenrode (1179-1789)! Peperkoeken paardenstallen met koffie toe. Sinterklaas in de Tiendenschuur. Lockers voor parapluutjes en donkere vesten. Drie maagdelijk grijze eenhoorns in het eens zo leuke Land van Loon. Kruisvaarders die failliet gingen en Barbarossa die verdronk. Peperdure maliënkolders en Waalse controles. Bloederige hosties en twee soorten cisterciënzerzusters: voor de boerenkermis en voor de koetsen. Verboden liederlijkheid. Ambitieuze abdissen met neo-classicistische bouwplannen. Luikse Prinsbisschoppen… EgidIus waer best du bleven…? Libotton en Claes, maar geen familie van.. en altijd weer die Franse Revolutie… En ook… de kelder van Het Borrelhuis met de Witte Nonnen wachtte. Citroengenever - Tomatengroentensoep - Appelmoes met vage civet en vier kroketten - Hasseltse chocomousse met ‘hazelnoten’ (inside joke) en een extra rondje van de dienstdoende secretaris ED. Hasseltse borrelpleintjes en de Sint-Quintenkathedraal met bisschopszetel en aangepast tweekleurig parapluutje. Hoe Hasselt pas een bisschop kreeg in 1969 tot spijt van Tongeren die het hen benijdt en die nu Hoogmartens heet en zeker niet noemt (de bisschop dus). De samenstelling van het meubilair van de kathedraal doet een beetje aan een kringloopwinkel denken, zoveel herbruikt en zoveel gekregen. En er is zelfs een echte knekelkast met aangeklede barbieschedels van mannen die geen maagden waren en eerder bescheiden in getal. ‘Een prachtig orgel’, zei Tilkin, ‘en ook de beiaard…’ Denk ook aan Virga Jesse. De koperen arend - dicht bij God - zwaaide ons uit… de (het) mus wachtte. Huizen met originele Hasseltse jenevergevelkeramiek en een schitterend stuckwerken de CorsWarem Smaaksalon (Maastrichterstraat 61) en kijk: ‘Het StadsMus(eum)’ - echt en niet verzonnen (de naam). Plaasterbronzen bustes van alle burgermeesters die voorzichtigheidshalve blijkbaar niet meer betaalbaar werden na Louis Roppe in 1994 (de bustes) dus . Daarna stevenden ze af op gratis busvervoer. In het Stadsmus waren ook nog nonnen van Herkenrode op de eerste verdieping (étage zeggen ze in het hazelaarsbos bij de motteburcht). Ik zag ze niet. Daar proefden we voorzichtig van het amberkleurige Herkenrodebier van zeven graden. Daarna dreven we terug naar Tienen. LUDOVICUSSCRIPSITMMXVI De Abdijsite Herkenrode is een stille getuige van een groots verleden, dat begint in 1179 in het centrum van het graafschap Loon. In 1217 wordt Herkenrode de eerste vrouwenabdij van de cisterciënzerorde in de Nederlanden. De adellijke dames die de abdij eeuwenlang besturen, drukken hun stempel op de regio. De abdij groeit uit tot een druk bezocht bedevaartsoord. Tot de Franse Revolutie kent de abdij afwisselend periodes van gewelddadig verval en enorme bloei. In 1796 moeten de zusters noodgedwongen vertrekken. De abdij wordt verkocht en verdeeld. Na 1820 verdwijnen door brand en afbraak de abdijkerk, de kloostergang en een groot deel van de oorspronkelijke kloostergebouwen. De nog bestaande hoevegebouwen van de abdij en de zowat 100 hectare natuurgebied rond de site worden nu met respect voor het verleden gerestaureerd en herbestemd. De Abdijsite Herkenrode is een project in ontwikkeling. Als je regelmatig terugkomt, zie je met je eigen ogen hoe het groeit. |
|
|||