Koperen Passer Tienen

Club V-9

Groep Hof ter Rode



Ludo

 

 

Cruisen met de Koperen CordaKapers

Een van eindnoten voorzien verslag "De Koperen Passer op stap" van vrijdag 20 januari 2017

Het was nog mooi blauw koud, dus:
'Die zonovergoten vrijdagochtend aan het voormalige tollenaarsgebouw1!'

"Welke onvoorspelbare dwaalwegen zou de ons toegewezen Olympische koetsier zijn koperen passagiers voorschotelen? Het bleef zoals steeds… een mysterie." De kortste weg tussen twee punten is voor dat paardenvolk dikwijls de langste en dus logischerwijze ook de snelste. Mogen wij ook hier nog één keer het woord entropie2 contextueel verantwoord gebruiken?
Eenentwintig minuten na de start - eens de provinciegrens voorbij - waarden mijn blikken koortsachtig graaiend en gretig rond en wachtten op de eerste sporen van de kleurenpracht van het bronsgroen ♫ eikenhout3 met de voor mijn oren daarin niet verborgen bekende zingende nachtegaal: ene Dana Winner, de Limburgse La Esterella… Was dat dan weer de vertrouwde ochtendwaan of de stem van Julietta? Maar… was het dan toch geen nachtegaal4? Weg waanzin en raaskal…

Via Zuurbemde, Waanrode, Klipgaarde, Klein Zelk, Aardenweg, Linkhout, Grote Beemd, Kuringen, Kempische Kaai en Banneux belandden we net niet op de prairies van Pukkelpop, maar op de frisse Cordacampus5. Ha! ♫ Waar de hoorn des herders schalt, langs des beekjes boord. Weelderig sappig veldgewas, kostelijk groeit en bloeit en bloemengaard en beemd en bos, overheerlijk gloort♫♫. Daar wachtte dus de Cordacampus . Daar stond ook Francis d/De Lauré, grijs, net zoals wij.

Hier - op de Cordacampus5 dus - bieden ze - op een al dan niet gelokaliseerde wijze - een groeibodem voor beginnende start-ups die conceptuele leer- en organisatieplatformen ontwikkelen van waaruit bedrijven op een maatschappelijk ingebedde wijze voldoende draagvlakken ontwikkelen om van uit een disruptieve omgeving in een post-truth-tijdperk hun soms al te entropisch geïnspireerd containerdenken te verlaten. Eigenlijk wil dat zeggen dat ze nieuwe of bestaande bedrijven willen helpen om overeind te blijven in sterk wijzigende marktomstandigheden om zo hun marktaandeel te ontwikkelen, te behouden of uit te breiden. De laatste zin is veel duidelijker. De eerste zin helpt je om meer geld te vragen voor wat je vertelt.

Maar dat vertelde de naamgenoot van de huidige kerkbaas niet. Francis liet ons alle hoeken en kanten zien van dit gerenoveerde bedrijventerrein op een door Philips weg gesaneerde site. Zo waren er maquettes, Philicorda's, cassetterecorders, struikelstenen, feestzalen, veel gangen met gesloten deuren en dakgolfterreinen voor dronken mensen. Verder ooit nog 2 500 te werk gestelde Hasseltse vrouwen: wat verder staat voor het ontstaan van Hasselt als mega shoppingcenter. Ook een Gauguin-epigone en een watertoren i.e. would-be aquarium bleken het vermelden waard te zijn. Volledigheidshalve dus.

Na een hele reeks vergaderzalen bleek daar ook een beroemde kippenkweker uit Mechelen actief te zijn: ene Koen. Die stuurt er blijkbaar op aan kippen met een universitair diploma te laten eieren met ijverige 321-per-jaar-legkippen. En… dat… op een cultureel verantwoorde wijze. Francis was er helemaal weg van. Wij, gewone stervelingen, waren gefascineerd door het serendipity-verhaal over de hooiberg met de boerenmeid en de spreekwoordelijke naald. Wat was serendipity ook weer: zie eindnoot 2121
Francis leest de Wikipedia.

Via de kapper en een brasserietje in opbouw liepen wij maar terug naar de bus. Die dropte ons via GPS op de campus van de immense Hotelschool6 van Hasselt.

Daar werden we dan weer ontvangen door een man die heel blij was dat de recente poging tot onderwijshervorming onder het tapijt was geveegd. Via een blitz-bezoek aan alle overige smakelijke afdelingen bracht deze technische adviseur ons naar onze culinaire eindbestemming: schoolrestaurant De Kapermolen7.

Voor het - overigens excellent - menu verwijs ik even door naar de foto's op de site en in het archief. (paswoord: reddelen). Er is geen foto van het leuke dessert…

En toen werd het pas echt gezellig. Ons vertrouwd grijzend cohort stortte zich in de drank, met de borst vooruit in de brede waaier bestekken, om verder glunderend toe te kijken hoe ze jonge meisjes nog steeds een kleurtje konden doen krijgen (op hun blozende wangetjes). Er waren veel heren met een rood pulletje aanwezig.

Mij kwam slechts een klein deel van de indianenverhalen, jeugdherinneringen, medische rapporten, niet helemaal rechte moppen en culinaire topherinneringen ter ore.

Ik vernam dat de Wimmer in Wimmeren een prima vleesrestaurant is. Dat geldt ook voor resto de Vleesgegroet (geen grap!) in Sint-Truiden.

Blijkbaar is 'real' Corned Beef met frietjes en witte bonen in tomatensaus keilekker. Wat ook waar zou zijn voor witte saus van Carnationmelk met microgolfgebraad en prei. Iemand beweerde dat drie spiegeleieren prakken in bloempatatjes ook een orgasme kan veroorzaken. Bovendien laten aardappelen die teveel stikstof kregen, na het schillen hun blauw kopje zien met oranje vlekjes… ahum.
Er is of was ook iets met Jacqueline's, Jean C. en Etienne D. 'Femmes entre chien et loup?' Ik heb dit niet verzonnen, maar gehoord.
De rest van de myriade aan verhalen bedek ik met de mantel der wijsheid en discretie.

Om tien voor drie gingen we allemaal naar de lokale schoolbakkerijwinkel om ons voor te bereiden op 14 februari.
Via Katharina, het Hazelaarsbos, Hollandsveld, Beurs, Eigen, Staaien, Berg-op-Zoom, Dungel, Gussenhoven en Grimde stapte dan iedereen op een wel bepaald uur blij gemoed het supergezellig en akoestisch verzorgde Tiense Theatercafé binnen.
Daar trakteerde jarige Herman (2 januari 1949) de laatste ronde van de dag.

Hij was goed, de dag, en bijna iedereen begaf zich redelijk vrolijk richting bedstee met wisselend succes.

Al deze heren van stand verenigen zich terug ter stede op vrijdag 17 februari voor Art Deco op stelten (dé Jacques) en een leven vol taalkronkels (ons Carine).

Met koperen groet: Ludo.


[1]
Lucas-Evangelie: hoofdstuk 18, verzen 9 tot-14 en Humo!

[2]
Ook de mens zelf is onderhevig aan de wet van behoud van entropie. Een leven lang strijd de mens voor zijn voortbestaan, hij verzorgt zijn lijf, voedt en laaft het om het voor ondergang te behoeden. Toch treedt er slijtage op waartegen geen onderhoud helpt. Het bestaan van het lichaam is tijdelijk, de mens is sterfelijk. Ook het lichaam vervalt tot stof, verwordt tot chaos. Wij bouwen lichamen als kathedralen. Om verval te voorkomen moet continue onderhoud worden gepleegd en zo nu en dan grondig worden gerenoveerd.
Menselijke topprestaties, succes, ze bestaan bij de gratie van de bestreden entropie.
Leven is tijdelijk ontsnappen aan de entropie. (vrij naar Peter M.)

[3]

Limburg, mijn vaderland
Waar in 't bronsgroen eikenhout,
't nachtegaaltje zingt;
Over 't malse korenveld,
't lied des leeuweriks klinkt;
Waar de hoorn des herders schalt,
langs des beekjes boord.

Refrein
Daar is mijn vaderland,
Limburgs dierbaar oord!
Daar is mijn vaderland,
Limburgs dierbaar oord!
Waar de brede stroom der Maas,
statig zeewaarts vloeit;
Weeldrig sappig veldgewas,
kostelijk groeit en bloeit;
Bloemengaard en beemd en bos,
overheerlijk gloort.

Refrein

Waar der vaadren schone taal,
klinkt met heldre kracht;
Waar men kloek en fier van aard,
vreemde praal veracht;
Eigen zeden, eigen schoon,
't hart des volks bekoort.

Refrein

[4]

The lark, the bird that sings at dawn, not the nightingale. Look, my love, what are those streaks of light in the clouds parting in the east? Night is over, and day is coming. If I want to live, I must go. If I stay, I'll die. The bird that sings at dawn, not the nightingale. Look, my love, what are those streaks of light in the clouds parting in the east? Night is over, and day is coming. If I want to live, I must go. If I stay, I'll die unless I go to Hasselt…. (vrij naar William S.)

[5]

Op Corda Campus (ten noorden van Hasselt op de vroegere Philips-site aan de Kempische Steenweg) staan de business, de bedrijven, en de mensen centraal. Met de nieuwe naam zetten ze dit imago kracht bij. Cor staat voor hart in het Latijn. Een verwijzing naar het economisch epicentrum dat ze nastreven. Corda is Italiaans voor touw, waarmee ze bedrijven, talenten en ervaringen verbinden in business communities. Corda is ten slotte ook een knipoog naar ons technologisch verleden. Philicorda was het eerste elektronische Philipsorgel dat in 1964 in Hasselt werd gemaakt en momenteel een tweede leven kent in de muziek van Adèle, The Cardigans, The Hives ... Dé toonaangevende "teg" campus dus in het centrum van de Euregio. Een gedreven business community dus voor tal van innoverende bedrijven en start-ups. Corda Campus staat garant voor sterke synergieën en kruisbestuiving en is uitstekend ontsloten. Grenzend aan de baan Hasselt-Eindhoven (de Kempische Steenweg dus) en op een boogscheut van de autosnelwegen E313 en E314 kan je op elk moment snel alle richtingen uit. Met Brussel, Liège, Eindhoven, Aachen, Maastricht, Tienen, Hoegaarden, Leuven en ook Antwerpen op minder dan 100 kilometer zijn alle meetings op locatie meer dan haalbaar.

[6]
De leerlingen van de Hotelschool van Hasselt ontvingen ons in het recent vernieuwde didactisch restaurant Ter Kapermolen. De gerechten werden bereid in een professionele keuken. Als gasten stonden wij centraal tijdens deze praktijklessen. Dit is de perfecte voorbereiding op hun latere stage. Ter Kapermolen is iedere schoolmiddag open. De leerlingen ontvangen graag tussen 12:00 en 12:15 uur. Ze serveren een gastronomisch driegangenmenu: voorgerecht, hoofdgerecht, nagerecht voor 25 euro per persoon, of 37 euro met aperitief, aangepaste wijnen en koffie. Dranken kunnen ook à la carte. Rond 15:00 uur ronden de leerlingen af, aangezien op hun menu nog andere lessen staan.

[7]
De naam Ter Kapermolen verwijst naar een molen die in 1763 vermeld wordt: In de Villstraet tegen de capermolen, eenen bampd, Kapermolen genaemt, op de auden demer gelegen ende met een punt op den hoeck der Villstraet. De Kapermolen werd wellicht in de 16de eeuw gebouwd toen de Broekermolen tot volmolen werd omgebouwd. Toen deze laatste opnieuw als graanmolen werd gebruikt, werd de afgelegen Kapermolen niet meer gebruikt. In de 18de eeuw volgde de afbraak.

[21]
Serendipiteit is het vinden van iets onverwachts en bruikbaars terwijl je op zoek bent naar iets totaal anders. Het woord werd geïntroduceerd in het Engels door Horace Walpole in de 18de eeuw, in een brief waarin hij het had over een verhaal dat hij had gelezen, een Perzisch sprookje: De drie prinsen van Serendip (Serendip is een oude Perzische naam voor Sri Lanka). Het verhaal is eigenlijk geen goed voorbeeld van wat we nu onder serendipiteit verstaan: het is eerder een voorbeeld van inductie. In die context verwijst serendipiteit naar het vermogen van een alerte geest om uit toevalligheden conclusies te trekken. Anders gezegd: slimme, voorbereide mensen zijn beter in staat om daadwerkelijk ontdekkingen te doen aan de hand van het toeval. Serendipiteit is door de Amerikaanse onderzoeker Julius Comroe wel beeldend omschreven als het zoeken naar een speld in een hooiberg, en eruit rollen met een boerenmeid.

 

 

 

Foto