Koperen Passer TienenClub V-9 |
|||||
|
Verslag uitstap naar Rotselaar (bezoek koffiebranderij "JAVA") en Meensel Kiezegem (fruitbedrijf "Vanhellemont")Vrijdag 17 maart 2023 Vooraf Wij willen langs deze weg ons zeer gewaardeerd lid, Rik Cipers, een spoedig herstel toewensen. Noodgedwongen moesten hij en zijn echtgenote hun inschrijving afzeggen omdat hij onverwachts moest opgenomen worden in het ziekenhuis. *** 1 Koffiebranderij "Java" in RotselaarHet was amper 9u.15 toen onze chauffeur, Guido, de autocar parkeerde aan het indrukwekkende, moderne gebouw van de NV "JAVA". De afspraak was voorzien om 10 uur en ook al zagen wij enkele medewerkers van de firma binnen in het gebouw, de deur bleef dicht, zelfs nadat wij hadden aangebeld en een dame ons was komen zeggen dat wij te vroeg waren – alsof wij dat niet wisten ! Het gezelschap bleef gelukkig rustig zitten in de autocar – zo veronderstel ik toch – want Pierre, Guido en ikzelf waren uitgestapt om toch te proberen wat vroeger binnen te geraken. Uiteindelijk werden de deuren geopend om 9u.45. Opgelucht haastte het gezelschap zich naar binnen, reikhalzend uitkijkend naar de lang verwachte kop koffie (en het toilet!). Spraakwaterval Jan verwelkomde ons en beloofde enthousiast dat wij na dit bezoek alles zouden weten over lekkere koffie en ook wat over de geschiedenis van het bedrijf. Jan in actie Op de tafels stonden grote thermoskannen, volgens Jan gevuld met een heerlijk milde, zachte 100% arabicakoffie. Ik had meer oog voor een stukje cake. Algemeen wordt aanvaard dat de arabicakoffie beter is dan de robusta die veel pittiger is, een intensere smaak heeft en meer cafeïne bevat. Jan was zo eerlijk om te zeggen dat over smaken niet te discussiëren valt en iedereen dát het beste vindt, wat hijzelf het meest lust. Ik stelde vast dat Jos Vandeven en Alfred D'or dat volmondig beaamden … zij dronken thee. Het gezelschap luisterde aandachtig Toen kwam ook de meester-koffiebrander en -proever ons gezelschap vervoegen. Hij sloeg ons met verstomming met zijn verhaal. De ganse dag proeft hij al slurpend lauwe koffie. Te heet proef je de koffie immers niet. Hij oordeelt over de kwaliteit van de bonen en het roosteren. Zijn taak begint 's morgens al heel vroeg. Om zijn smaak niet te beïnvloeden en uniform te houden, gebruikt hij geen ontbijt. Hij poetst ook zijn tanden niet. Opstaan doet hij met koffie en hij gaat er ook mee slapen. Slapeloos wordt hij er niet van, maar hij vertelde er wel bij dat hij aan amper 4 à 5 uur slaap per nacht voldoende heeft. Wat zijn vrouw van dat alles vindt, hebben wij niet gevraagd en hij heeft het ons ook niet gezegd. De meester-koffiebrander Koffiebranden en -proeven is een vak dat niet op school wordt aangeleerd. Je mag het gerust een kunst noemen, gebaseerd op jarenlange ervaring. Timing is alles. Iets te kort, te lang, te heet, of niet heet genoeg branden en het resultaat is niet wat het moet zijn. Koffiebonen branden is een chemisch proces. In een boon zitten ongeveer 2000 verschillende chemische stoffen. Deze worden tijdens het koffiebranden afgebroken of omgezet in honderden vluchtige verbindingen. Goede koffie bekomt men slechts door het gebruik van met de hand geplukte en gesorteerde kwaliteitsbonen. Dat houdt in dat je iets meer voor je koffie betaalt. Maar het geeft wel de zekerheid dat je niet te maken krijgt met steentjes in je koffie en onaangename bitters of zuren die ontstaan door het gebruik van slechte of onrijpe bonen. Om de kwaliteit altijd hetzelfde te houden, gaat de koffiebrander verschillende koffiebonensoorten mengen en uit het proeven moet dan daarna blijken in hoever de mengeling voldoet. De nog groene koffieboon ondergaat bij het branden in enkele minuten tijd een intense verandering. Ze verliest vocht, verkleurt, gaat ploffen (de 'crack') en haar volume verdubbelt. Afhankelijk van het gekozen proces varieert de kleur van lichtbruin tot tegen het zwarte aan. Er zijn honderden koffiesoorten en ze hebben allemaal hun specifiek gehalte aan suikers en oliën. Bij het branden kunnen 3 hoofdgroepen onderscheiden worden:
Gids Jan beklemtoonde dat goede koffiebonen niet moeten glanzen, maar er eerder mat uitzien. "Bij Java roosteren ze traag en op relatief lage temperatuur. Dat zorgt voor die milde, zachte koffie die ook, nadat hij koud is geworden, niet bitter smaakt" stelde hij verder. Als bewijs slurpte Jan luid en met zichtbare voldoening aan zijn ondertussen ook al lauw geworden kopje troost. Vervolgens toonde hij ons in een filmpje de ontwikkelingsgeschiedenis van meer dan 90 jaar die het familiebedrijf "JAVA" al bestaat. Het was 1925, 7 jaar na W.O. I., dat in het kleine centrum van Wezemaal Elisa Debleecker en haar echtgenoot Eduard Wuyts begonnen met een handel in koloniale waren zoals peper, olie en margarine. Hun klanten waren vooral winkeliers. In elke straat was er toen wel een winkeltje waar hun etenswaren verkocht werden. In 1935 opent ondernemer Eduard Wuyts in hartje Wezemaal de eerste koffiebranderij "JAVA", vernoemd naar de betere koffie die toen van het Indonesische eiland Java kwam. Gids Jan onderscheidt filosofisch 2 soorten handelaars: mensen van niveau en mensen die met hun 2 voeten op de grond staan. Volgens Jan schuilden in Eduard Wuyts beide eigenschappen. Hij was verkoper in hart en nieren (met beide voeten op de grond) en hij had ook inzicht in de commerciële markt (was van niveau). Hij ging experimenteren in zowel het koffiebranden als in de verkoop. Om zijn koffie aan de man te brengen, beperkte hij zich niet tot de afzet in de gewone winkel. Hij zag vooral brood in de verkoop van zijn product in scholen, ziekenhuizen, bedrijfskantines … Hij verkende die markt heel intensief en vond er een ruim afzetgebied. Het bedrijf groeit en ook de familie Wuyts. Twee van de drie dochters Wuyts huwen met twee broers Claes uit Holsbeek. "Als er liefde in 't spel is, is niets tegen te houden en is van alles te verwachten", vertelt Jan heel overtuigend. De broers Marcel en Frans Claes stappen in 1955 mee in het bedrijf. Zij, de tweede generatie, zullen het bedrijf verder uitbouwen. In de jaren 50, stelt Jan wat melancholisch, was er in elke straat nog minstens één winkel en ook meerdere cafés. Toen hij als kind na de hoogmis met vader mee de "na-dienst" op café deed, kwam hij rond het middaguur thuis met zijn zakken vol met chocolade en later, toen hij ouder werd, staken die vol met sigaartjes. De tijden veranderden. De winkeltjes en cafés verdwenen. Er kwamen grootwarenhuizen en met heimwee stelt Jan vast dat hij vandaag nog amper 4 drankgelegenheden in Wezemaal kan bezoeken. Ook de koffiemarkt wijzigde. In de shoppingcentra vind je tegenwoordig een enorme verscheidenheid van koffies. "JAVA" is daarin een kleine speler, maar in de scholen, ziekenhuizen, grootkeukens en bedrijfskantines bezet "JAVA" een toppositie. Visionair Eduard had de toekomst goed ingeschat. In 1984 neemt de derde generatie het roer over. Zij start met de bouw van een nieuwe koffiebranderij en focust niet alleen op de verkoop van koffie, maar ook op die van toestellen, vooral aan grootkeukens. In 2003 koopt Wim Claes zijn broers uit en wordt algemeen directeur. Ook zijn echtgenote Mady komt in het bedrijf. Wim zag een gat in de markt en zette 3 bedrijven op. Het familiebedrijf koos in die periode voor diversifiëring. Er werden 'foodservice'-activiteiten opgestart. "JAVA" begon naast eigen producten een volledig gamma van voeding en horecagerelateerde producten te verdelen in heel België. De klanten waren zowel restaurateurs als grootkeukens in ziekenhuizen, woonzorgcentra …. In de jaren 90 was de NV "JAVA" de 2de grootste distribiteur van ons land aan grootkeukens en stelde zo'n 330 mensen te werk. Twee jaar voordat corona zijn intrede deed, verkocht Wim 2 van de 3 bedrijven aan het Nederlandse Sligro. De prijzen waren toen stijgend, het was dus het goede moment. De NV "JAVA" plooide zich terug op haar corebusiness: koffie. Volgens Jan kan je Wim karakteriseren in 3 woorden: hard werken (7 dagen op 7), passie (komt tot uiting in zijn expertise) en kwaliteit (goed is niet goed genoeg … ook beter niet, maar best moet het zijn). Sinds 2012 branden en verpakken ze de "JAVA"-koffie in de nieuwe koffiebranderij in Rotselaar, niet ver van waar het allemaal begon. De nieuwe vestiging was goed voor een investering van 4,5 miljoen euro en er kan tot 2.000 ton/jaar koffie worden gebrand. De nieuwe koffiebranderij Zoals de nieuwe installatie zijn er wereldwijd maar vijf operationeel. De computergestuurde brander laat toe nog op 'ambachtelijke' wijze te werken. Voor het eigen keurmerk "Java" wordt steeds in kleinere 'batches' en dus 'nauwkeuriger' gebrand. De koffiebonen worden, dankzij de moderne technologie, langzaam van binnenuit geroosterd, even traag als vier generaties geleden. Zo krijgen de koffiebonen de tijd om alle aroma's te ontwikkelen. Voor externe opdrachtgevers wordt op de meer industriële en goedkopere manier gewerkt. Door de open werkruimte is de productie volledig van op de straat zichtbaar. Een bewuste keuze die ook de openheid symboliseert die ze eveneens tonen met hun 'Experience Center', een opleidings- en trainingsafdeling voor zowel professionele als particuliere klanten. In 2012 wint Pieter Claes de award "Belgian Coffee Roaster of the Year". "The JAVA Coffee Company" mag zichzelf twee jaar lang beste Belgische koffiebrander noemen. De beste bonen komen tegenwoordig niet meer uit Java, maar uit Ethiopië, de bakermat van de koffie. Samen met de koffietelers selecteert de firma er de beste bonen. Vanaf 2016 zet Kathleen Claes de zaak van haar overgrootouders verder. Zo staat voor het eerst in vier generaties weer een vrouw aan het hoofd van het bedrijf. De passie is nu zo mogelijk nog groter en het vakmanschap nog verfijnder. Sinds september 2016, wordt ook alle "JAVA"- koffie klimaatneutraal gebrand. In juni 2021 installeerden ze op de site in Rotselaar 420 zonnepanelen. Dankzij deze investering zullen ze 70% van de opgewekte energie zelf verwerken in hun kantoren, de winkel en de koffiebranderij. De overige 30% die in weekends en op feestdagen wordt geproduceerd, willen ze opvangen met slimme laadpalen. Dankzij deze investering staat "JAVA" een stap dichter bij een volledig CO2 -neutrale onderneming.
Ook na de film, de breedvoerige uiteenzetting en de informatieve rondleiding in het bedrijf, kon Jan er nog niet mee stoppen. Uit een klein doosje haalde hij een vingerhoedgroot mondharmonicaatje en voor wij het goed en wel beseften, speelde hij heel virtuoos een voor iedereen bekend melodietje. André Jordens wist achteraf te zeggen dat het ging om "O Susanna", een beroemd Amerikaans volkslied dat door Stephen Foster in 1848 werd gecomponeerd (gemakkelijk terug te vinden op Youtube). Na een welgemeend applaus van het gezelschap voor Jans optreden, begaven wij ons naar de "JAVA"- shop waar de bon van 4 Euro werd ingewisseld bij de aankoop van één of meerdere pakjes van het voor velen onmisbare zwarte goedje. Evaluatie van de koffiekwaliteit volgt op de komende uitstap. Ik maak een evaluatieformulier op waarop de "Java"-bezoekers hun oordeel zullen kunnen vellen over de kwaliteit die zij in hun pakjes hebben aangetroffen. Indien de evaluatie negatief uitvalt, weet ik nu al wat ze bij de firma Java zullen zeggen: "De koffie is perfect, maar jullie kunnen geen koffiezetten". Ter informatie: CEO Kathleen, die gedurende negen jaar lerares was, moest het vroeger heel wat bescheidener aandoen. Vandaag toert zij rond, zo vermoeden wij toch, in de exclusieve Britse sportwagen Aston Martin die op de toegang tot het bedrijf geparkeerd stond. Raymond en André waren er verliefd op! Op de auto bedoel ik. Prijs: 269.000 Euro! Een paar gegevens over de familie Claes ("Java"). Zij staan op nummer 492 van de rijkste Belgen.
2 Middageten in Han King Wok & Grill te St.-Joris-WingeOnze verantwoordelijke voor de instandhouding van de goede balans in de innerlijke mens, ons aller Fred van de fret, zoals hij zichzelf in een mailtje noemt, schotelde ons weer iets anders voor. De reacties van de deelnemers waren unaniem positief. En dat was niet alleen omwille van de handschoen! Het aperitief viel in de smaak, het rijke buffet zag er niet alleen heerlijk fris uit, alles was ook vers en lekker. Er werd gesmikkeld dat het een lieve lust was. Ook de wijnen, voor zij die wijn dronken, liepen bijzonder vlot naar binnen. Tenslotte werd de uitgestalde, royale keuze dessertjes aangesproken om de laatste gaatjes te vullen. Ook een lekkere koffie/thee werd niet vergeten. Tussendoor vervulde onze voorzitter Pierre zijn plichtplegingen om:
3 Bezoek aan het fruitbedrijf "Vanhellemont" te St.-Joris-WingeMama Jeanine Nijs verwelkomde ons op de haar eigen, onovertroffen, warme, enthousiaste manier. Op bijzonder onderhoudende wijze maakte zij het gezelschap wegwijs in het reilen en zeilen van een middelgroot Hagelands fruitbedrijf. Zij wees daarbij meermaals op de ups en downs waarmee de fruittelers altijd opnieuw worden geconfronteerd: de strenge milieueisen die hier gelden, maar elders veel minder; de marktverstoring van de afzet naar Rusland door de oorlog in Oekraïne; de enorme concurrentie vanuit de vroegere Oostbloklanden, de lage prijszetting door de grootwarenhuizen, de overproductie van appelen; het gevaar van onweders en/of vriesweer… Als de beste schoolmeester leerde zij ons, met gebruik van gedegen didactisch materiaal, tijdens een snelcursus ziektebestrijding, het onderscheid te maken tussen goede en minder goede insecten die in de boomgaarden vertoeven. Ook legde zij ons uit dat wanneer wij toevallig eens een fruitteler tussen de bomen zien ronddwalen om overal kleine takjes op te hangen, hij dat niet doet omdat hij gek geworden is of voor het plezier. Op die takjes zitten minuscule beestjes die er op ecologische manier voor zorgen dat de concurrerende ziekmakers eraan gaan. Het bedrijf "Vanhellemont" werd in 1969 opgestart door haar en haar echtgenoot André Vanhellemont. Momenteel bedraagt de oppervlakte 57 hectaren: 18 ha appel- en 39 ha perenbomen. Jeanine, Andre en Mario. Er werd niet alleen fruit gekweekt. Ook 3 zonen zagen het levenslicht: Mario, Nico en Gert. Mario wilde al vroeg fruitteler worden. Nico voelde geen affiniteit voor het beroep en bij Gert kwamen de kriebels pas een hele tijd nadat hij zijn studies marketing achter de rug had. Zekere dag in 2004 kwam hij thuis aankloppen met de vraag of hij ook in het bedrijf kon stappen. Moeder kon uiteraard niet neen zeggen. Gert was immers niet alleen de jongste, maar ook diegene die er al van in zijn vroege jeugdjaren altijd voor gezorgd had dat er warm eten op tafel kwam als mama en papa het te druk hadden. Het bedrijf is nu dus in handen van de broers Mario en Gert Vanhellemont. Alhoewel mama Jeanine en papa André eigenlijk niets meer in de pap te brokkelen hebben, dragen zij bijna dagelijks nog steeds hun steentje bij. Sinds 1992 is het volledige fruitteeltbedrijf overgeschakeld op de geïntegreerde aanpak, d.w.z. milieuvriendelijke teelt. Het beschikt over computergestuurde U.L.O.-frigo's (= voor Ultra Low Oxygen-bewaring) waar het fruit gedurende ± 11 maanden bewaard kan worden. Onder de leiding van Jeannine werd In 1999 het sorteercentrum B.V.B.A. Vanhellemont opgestart. Het bedrijf stelt gedurende het ganse jaar ± 15 personen tewerk. Doordat ze beschikken over de nodige mankracht en installaties, is het mogelijk om ongeveer 20 000 kg fruit per dag marktklaar te maken. Flexibiliteit, snelheid en hygiëne worden maximaal nagestreefd. Daardoor bezit het sorteercentrum een erkenning van voedselveiligheid en GLOBALGAP. Dit laatste is een initiatief van een aantal Europese supermarktketens. Zij hebben basisrichtlijnen opgesteld voor "Goede Agrarische Productie" van verse groenten en fruit. Moeder Jeannine was altijd de creatieve motor in het bedrijf en de bedenker van de meeste producten. In 1994 werd een nieuwe uitdaging aangegaan. Via de "Hagelandse Proeverijen", kerstmarkten en beurzen werd bekendheid gegeven aan de eigen streekproducten. Het assortiment werd verruimd met Hagelandkoffie, jenevers, likeuren, perenadvokaat, Hagelandse Tripel, Hagelandse Parels ... Gedurende het ganse jaar kan men bij Vanhellemont in St.-Joris-Winge en Tienen terecht voor appels, peren en tal van andere, op basis van eigen appels en peren, ambachtelijk geproduceerde producten als: vruchtensappen, confituren, stropen, thee, jenevers en ook streekproducten van andere korte-keten-leveranciers. In 2014-2015 was het bedrijf KMO-laureaat voor Vlaams-Brabant & Brussel. De KMO-laureaat is dé KMO-award in Vlaanderen en Brussel. Om de twee jaar duidt UNIZO een laureaat aan op basis van geleverde prestaties inzake innovatie, internationaal ondernemen, personeelsbeleid, financieel beleid, energie & milieu, ondernemingszin, corporate governance, marketing & communicatie. De voorbije jaren kon Fruitbedrijf Vanhellemont zich ook profileren als een vooruitstrevende werkgever op het vlak van diversiteits- en personeelsbeleid, wat beloond werd met de diversiteitsprijs en een Agrafiek-award. Dit is zowat de Oscar van de land- en tuinbouw Fruitteler Mario Vanhellemont is een grote speler in de regio. Omwille van de prijsproblemen en de moeilijke afzet van appels denkt hij eraan om het aandeel appelen in het bedrijf verder af te bouwen. Ook de appelen van vorig jaar die nog in de frigo's liggen, worden immers tegen dumpingprijzen verkocht. Die prijs is lager dan de kosten om ze te bewaren en dus denken hij en een aantal telers eraan om deze voorraad te vernietigen. Mario Vanhellemont is niet de enige teler die zijn strategie bijstelt. De gespecialiseerde website VILT (Het Vlaams Infocentrum Land- en Tuinbouw is een organisatie die onafhankelijke informatie en communicatie over de Vlaamse land- en tuinbouw wil bevorderen) toont dat met duidelijke cijfers aan. Daar waar in 2008 in Vlaanderen nog 7.307 hectare appels geteeld werden, bedraagt het areaal tegenwoordig nog 4.800 ha. België levert daarmee amper één procent van de Europese productie. De crisissituatie wordt nog erger gemaakt door de import van goedkope appelen uit Polen. Die zijn duidelijk van mindere kwaliteit en ze werden tot voor de Oekraïense oorlog massaal geëxporteerd naar Rusland. Die ganse voorraad komt nu naar Europa waardoor het aanbod op onze markt extra toeneemt. Mario denkt eraan om eventueel andere appelsoorten te gaan telen en deels ook over te schakelen naar kersen en pruimen. Creatieve mama Nijs, de duivel-doet-al in dit mooie bedrijf, zal nog vaak mogen inspringen. Omwille van de zware crisis die de fruitteelt momenteel doormaakt, is het voor velen vechten om te overleven. Alleen door creatief te innoveren is overleven mogelijk. Mama Nijs is daarin een topper. Om te eindigen werden wij vergast op proevertjes allerhande, soms onverwachte confituren (bijvoorbeeld perenconfituur met venkel) en een waaier van fruitjenevers en andere sterke of minder sterke alcoholhoudende drankjes van appel en peer. Nabeschouwing en persoonlijke bedenkingen.Vandaag bezochten wij 2 Hagelandse familiebedrijven. Het ene heeft bijna 100 jaar op de teller, het andere startte iets meer dan een halve eeuw geleden. Om de 25 jaar neemt een nieuwe generatie het roer in handen. Bij "Java" is men aan de 4de generatie toe, bij "Vanhellemont" is het de 2de . Beide bedrijven hebben gemeenschappelijke kenmerken. Ze zijn in handen van zelfstandigen die: 1°-hard werken, vaak 7 dagen op 7, en weinig vakantie nemen, 2°- passie vertonen voor hun werk en hun product, 3°- innovatief zijn ingesteld en beseffen dat een warme relatie met het personeel noodzakelijk is. Over dat laatste stel ik mij niettemin vragen. Bij "Java" breidde men uit naar 3 bedrijven waar meer dan 300 mensen waren tewerkgesteld. Toen de voorwaarden voor het bedrijf van die aard waren dat verkopen gunstig was, werd een groot deel van de hand gedaan. Wat gebeurde er met het personeel en waar en onder welke voorwaarden kwamen de getroffen medewerkers terecht? Bij "Vanhellemont" zagen wij dat er nauwelijks mensen van bij ons aan 't werk waren. Aan welke voorwaarden werken zij? Ik wil één en ander niettemin relativeren. Wij leven in een verschrikkelijk concurrentiële maatschappij waar het zij of wij is en waarbij geen rekening gehouden wordt met de gevolgen van de genomen beslissingen voor de anderen. Maar het valt niet te ontkennen dat het ene bedrijf vandaag blijkbaar beter boert dan het andere. De bedrijfsresultaten bij "JAVA" liegen er niet om. Waar waren zij ook weer begonnen? Met koloniale waren! Wat werd er betaald voor de producenten en wat kregen zij die het werk verrichtten? Hoe lagen de winstpercentages? De fruitboeren deden het ongetwijfeld goed vanaf de jaren 60 tot de jaren 2020! In het Hageland zag men in die periode vervallen boerderijen omgetoverd worden tot prachtig gerenoveerde kasteeldomeinen. Wat werd er toen betaald aan de seizoenarbeiders en hoe werden zij gehuisvest? Hoe hoog lagen de winstmarges toen? Uiteindelijk stellen wij vast dat de "Java-familie" zich vandaag situeert onder de rijksten in België. De familie Vanhellemont heeft ongetwijfeld ook een mooie prestatie geleverd en een mooi bedrijf opgebouwd. Alhoewel hun bedrijf op het eerste gezicht een enorm kapitaal vertegenwoordigt, leeft de 2de generatie vandaag evenwel in onzekerheid. Je mag werken zo hard je wil, je mag respect hebben voor je medemens, je mag onbegrensd talent hebben … uiteindelijk is geluk hebben in 't leven voor een groot deel bepalend voor wat het wordt in 't leven. Maurice |
||||