Koperen Passer Tienen

Club V-9

Groep Hof ter Rode



Maurice

 

Verslag uitstap VRT en Vlaams Parlement

Vrijdag 19 januari 2024
Foto's: Michel Foulon en Karel Van Rompaey

8.30 u. Brrrr! Koud!
24 “Koperen Passers” staan wat verkleumd aan “De Carrefour” in de sneeuw te wachten. Nieuwjaarswensen worden uitgewisseld, er wordt zelfs wat geknuffeld want ook dat verdrijft de kou.
Het is jaren geleden dat wij dat nog hebben meegemaakt. Gisteren lag er in de regio zeker een 10 cm dik sneeuwpakket. De verkeersfiles waren niet te overzien en wie niet echt buiten hoefde, bleef binnen. Voor de kinderen was de woensdagnamiddag er een van sneeuwballen, sneeuwpoppen, glijden en reuzepret.

Waar bleef de bus? Die moest er toch zijn om 8.30u. Normaal is die zelfs altijd wat te vroeg. Ah … daar kwam hij aangereden. Verdorie! Wat doet die? Die rijdt voorbij! Hij kon hier aan de Kabbeekse poort toch ook afslaan.
Eindelijk, daar is hij terug, 5 minuten te laat. Haastig en snel voor hun leeftijd, beklimmen “De Passers” de trappen van de bus om zich behaaglijk neer te vleien voor de rit naar Brussel, naar de VRT en het Vlaams Parlement.

9.35 u. De bus rijdt de parking van de VRT op. Ik ben blij omdat wij ruim op tijd zijn want ik had met de onzekere weerstoestand gevreesd voor heel wat moeilijkheden op de weg. Bij normaal weer is Brussel bereiken op een doorsnee werkdag immers al geen sinecure. Onze groep zoekt de toegang op en we belanden bij een gebouwtje bezet door een drietal mensen van G4Security.

Georganiseerde chaos

Een aantal mensen van een andere groep staat al te wachten. Hun groepsverantwoordelijke is binnen. Wij worden straal genegeerd en moeten wachten. Na een vijftal minuten komt de verantwoordelijke voor die andere groep naar buiten en sluip ik binnen.  “Welke groep zijn jullie en hoe is jouw naam? Jouw identiteitskaart a.u.b.? Jullie zullen nog een kwartiertje of wat langer moeten wachten want jullie werden pas om 10.00 u. verwacht”. Ik riposteer dat in de onderrichtingen die mij toegestuurd werden, stond dat wij ons minimum 15 minuten voor het aanvangsuur moesten melden. De securityguard is blijkbaar doof, herhaalt dat wij tot 10 uur moeten wachten en stuurt mij terug naar buiten. De dame van de securitypost denkt iets meer na en toont begrip.“Wie naar het toilet wil, mag binnen” zegt ze. Wanneer ik dat buiten meedeel wordt het al snel dringen. De mensen van onze groep die niet moeten, stel ik voor om terug naar de bus te gaan omdat zij, als zij hier nog 20 minuten in de kou blijven staan, wellicht verijsd zullen staan bibberen.

Er is ondertussen al een derde groep toegekomen maar om 10.05 u. stipt komt de guard met een bos sleutels naar buiten, opent de poort en laat iedereen doorlopen. 
Voorbij de poort is het weer even wat zoeken.  Eindelijk vinden wij het bordje “receptie “. Een honderdtal meter lopen en eindelijk zijn wij bij de ingang. De dame aan de balie van de toegangshal zegt dat wij … moeten wachten. “De gidsen zullen komen!”. Een vijftal minuten later arriveert een vriendelijke jongeman die vraagt welke groepen er zijn en of wij ons per groep willen verdelen. De gids voor  “De Koperen Passer” is Frank.

In de toegangshal is het ondertussen dringen en een kloek vindt er haar kuikens niet meer.
Plots komt een andere heer aangewandeld. Ik vraag “Frank?” Het is “Ja”!
Ik roep de Passers bij mekaar en weg zijn wij. Ondertussen probeer ik het overzicht te behouden en de leden te tellen. 24 tel ik er! Wie ontbreekt? Wanneer iedereen zich in de groepsvestiaire van zijn jas ontdaan heeft, komt ook het laatste verloren schaap de groep vervoegen.

Frank

Frank blijkt een leuke, onderhoudende man te zijn. Hij heeft jaren bij de Nieuwsdienst van de VRT gewerkt en kent het reilen en zeilen van wat hier allemaal gebeurt dus vanbinnenuit.
Snel probeert hij ons wat wegwijs te maken in de gigantische gebouwen van de publieke omroep en TV. De gang waarin wij ons bevinden is eventjes 300 meter lang. Je zou er gemakkelijk kunnen fietsen. En zeggen dat tegen 2026 dat allemaal moet verdwijnen.

Frank brengt ons bij de bouwput waar het nieuwe VRT-complex verrijst. Vroeger was hier “De Tir National”, het schietterrein waar de militairen kwamen oefenen.  Het toekomstige gebouw zal een heel stuk kleiner zijn dan het huidige, dat niet op een economisch te verantwoorden wijze kan aangepast worden aan de hedendaagse noden. In het nieuwe gebouw zullen nog 3 studio’s worden ondergebracht, elk van zo’n 300 m². Voor producties die grotere ruimtes nodig hebben, zal samengewerkt worden met externe productiehuizen. Frank wijst er ook op dat in de nieuwe plannen weinig ruimte voorzien is voor parking. Dat hangt samen met de visie van de Brusselse overheid om het verkeer in de stad zoveel mogelijk te bannen.

Op infraroodfoto’s is te zien hoe de warmte langs alle kanten uit de huidige infrastructuur ontsnapt. Men noemt het gebouw daarom ook wel eens “de chauffage van Brussel”. De nieuwbouw wordt gefinancierd met de afbraak van het bestaande en de verkoop van de gronden rondom. Ook de verkoop van het bosje achter de bouwput zal bijdragen tot de financiering. De doden rusten veilig want het kerkhof zal bewaard blijven. In de toekomst kunnen wij ons verwachten aan een groot nieuw gebouw dat voldoet aan de technische, energetische en andere vereisten die vandaag vanuit economisch en organisatorisch oogpunt noodzakelijk zijn. Het zal omgeven zijn door nieuwe appartementen en misschien ook hier en daar een boom of een grasperkje met betonnen bank!

De immense toren met daarop de infrastructuur voor straalverbindingen - vandaag een achterhaalde technologie - zal worden behouden. Signalen gaan vandaag namelijk via satellieten en via het kabelnetwerk.

En dan bracht Frank ons naar dat wat wij wilden zien: “hoe en waar worden T.V-programma’s gemaakt”.

  1. “De regiekamer” van de studio voor “Het Journaal”

Met zicht op een resem schermen en gebruik van een aantal knopjes kan de regisseur inzoomen op wat hij op dat moment essentieel vindt en op die manier het beeld bepalen dat wij in de huiskamer ontvangen.

  1. “De Journaal”-studio

Meest opvallend was de stilte. Centraal In de grote, indrukwekkende cirkelvormige ruimte stond de grote tafel waarachter één van de nieuwsankers komt te zitten die wij in het journaal te zien krijgen. Tijdens de uitzending zijn er meestal slechts twee mensen aanwezig: het nieuwsanker en de studiomeester. Deze laatste stuurt de vijf camera’s die vanop rails zowat elke hoek van de studio in beeld kunnen brengen.
Deze studio wordt ook gebruikt voor het avondjournaal. Er wordt dan voor een andere opstelling gekozen: de grote tafel laat men zakken en wordt omgetoverd tot salontafel, de banken worden voorzien van leuningen en d.m.v. gordijnen krijgt de ruimte de allure van een knusse praathoek waar eventueel ook gasten worden ontvangen.
Wij maakten ook kennis met de autocue of teleprompter, een halfdoorlatende spiegel die voor de televisiecamera in een hoek van 45° is gemonteerd. De nieuwslezer kan door de spiegel in de camera kijken en ziet dan de tekst die hij moet brengen. De camera zelf registreert de geprojecteerde tekst niet. Omdat de nieuwslezer vrij ver van de prompter zit, wordt de tekst voldoende groot en leesbaar geprojecteerd door telkens slechts enkele woorden te tonen. De studiomeester zorgt ervoor dat de getoonde tekst spoort met het leestempo van het nieuwsanker.

Ook de groene wand, waar de weersvoorspellingen gebracht worden, is in deze studio opgesteld. In tegenstellingen tot de nieuwsankers, die hun tekst grotendeels aflezen, kennen de mensen die het weer aankondigen hun tekst uit het hoofd. Zij brengen hun weerverhaal voor een kaart die zijzelf niet zien.
Aan het plafond en op de wanden van de studio zijn letters en cijfers te zien. Zij vormen de coördinaten van de studio en laten toe dat alles door de medewerkers netjes kan geplaatst worden waar het hoort.
Ook de lampen zijn genummerd. Licht is van het allergrootste belang in een studio en door de nummering kan, daar waar nodig, gedimd of bijgelicht worden.

  1. “Studio 3”

Wat een verrassing! Over bijna 360° staat hier een gigantisch panoramisch scherm opgesteld, 20 meter lang en vier meter hoog.Daarop is een schitterend subtropisch landschap geprojecteerd. Of toch niet. Wat wij zien is geen projectie! Het zijn beelden op tv-schermen die, de één tegen de ander, van onder naar boven en van links naar rechts en omgekeerd, tegen mekaar gemonteerd zijn. Op elk scherm krijg je een stukje beeld te zien. De schermen zijn zo aan mekaar gekoppeld dat alle beelden samen één groots, wijds landschap tonen, waarbij je de indruk krijgt dat je er middenin staat.
In deze studio worden programma’s als “Terzake” en “De Afspraak” gepresenteerd.
Achtergrond, tafels en stoelen … alles kan aangepast worden en veranderd in functie van de behoeften van het moment.

  1. “De grote studio”

Met zijn 1000 m² is deze studio geschikt voor opnames die grote ruimtes vergen en/of waar veel volk bij betrokken is. De voorbije 24 jaar werden hier de opnames van “De Kampioenen” gemaakt. Ook “De Droomfabriek” werd en wordt hier opgenomen. Sommige uitzendingen worden van hieruit rechtstreeks uitgezonden, andere worden opgenomen.
De studio is opgebouwd als een “box in a box”, volledig trillingvrij, voorzien van een gladde vloer waar de camera’s geluidloos overheen kunnen rijden en zodanig van geluidsisolatie voorzien dat zelfs een laag voorbijvliegend straalvliegtuig niet te horen is.

  1. “De decorstraat”

In deze reusachtige gang kunnen vrachtwagens langs de ene zijde binnenrijden en langs de andere weer naar buiten. Hij grenst aan de verschillende studio’s die van hieruit gemakkelijk kunnen bevoorraad worden met de nodige rekwisieten.
De decors worden niet bewaard. Dat zou te veel opslagruimte vergen.
De ruimte boven de decorstraat is de stockageplaats voor de rekwisieten (kostuums en alles wat kan dienen om een decor aan te kleden). Er bevinden zich zo’n 500.000 stukken.
Aan het einde van de gang is er ook een schrijnwerkerij en een schilderruimte om nieuwe decors te bouwen en te schilderen.

  1. Studio “Radio 1”

Deze studio werd vernieuwd, maar volgens Frank allesbehalve perfect. Er werd te veel glas gebruikt dat te veel weerkaatst. Gelukkig merkt de luisteraar dat niet omdat de imperfecties elektronisch weggefilterd worden.

  1. Spelen met kleuren

In een apart demonstratielokaal maakte Frank de effecten van het gebruik van een groenscherm duidelijk. Door Paul en Noël voor een groenscherm te plaatsen, kregen wij ze in beeld met een klooster op de achtergrond. Victor liet zich dan weer rustig op de bank van een trein meevoeren. Leuk!
Pien werd vroeger als weerman opgevoerd voor een blauwscherm. De huidige tv-weersvoorspellers treden aan tegen een groene achtergrond die wij niet zien. In de plaats van die achtergrond zien wij de weerkaart.

  1. FM of DAB

Er werden soms door het gezelschap ook pertinente vragen gesteld. Zo bijvoorbeeld over de tijdsverschuiving als je luistert naar een FM- of een DAB-radio.Er zit 3 seconden verschil op, dixit Frank. FM geeft de juiste tijd aan. In principe zou het geluid op DAB beter moeten zijn, maar omdat men teveel op die frequentieband plaatst, gaat de perfecte klank verloren.

  1. De financiering van de VRT

75% van de gelden komt van de dotatie van de Vlaamse overheid.
25% komt van reclame en sponsoring.
De toelage van de Vlaamse overheid zit vervat in een beheersovereenkomst die aan de zender heel wat programmatieverplichtingen oplegt. Er moet rekening gehouden worden met:

  • alle Vlamingen
  • kinderen
  • jeugd
  • sport
  • cultuur
  • oude en nieuwe Vlamingen
  • slechthorenden

De VRT telt ca. 1800 personeelsleden (FTE). Sommigen werken FT, anderen deeltijds, sommigen in statutair verband, anderen als losse medewerker.

  1. “De Kampioenen”

En toen was er de apotheose, wij kwamen terecht in het nagebouwd decor van “De Kampioenen”. Je voelde meteen de harten van de leden van ons groepje sneller slaan, een beetje zoals pubers. Iedereen wilde zich even terugvoelen zoals meer dan 20 jaar geleden, toen wij nog jong en vitaal waren.Op de mooie foto’s die Karel van deze gebeurtenis vastlegde, zie je op de gezichten van de leden hoe het enthousiasme en de geestdrift ervan afspat. De groepsfoto is er één om te bewaren om hem bij een volgende heruitzending van één van de avonturen van de legendarische “Kampioenen” aan de familie te tonen en om hun te zeggen dat ook wij figurant geweest zijn in deze reeks die ongetwijfeld vroeg of laat zal opgenomen worden in “De Canon van Vlaanderen”.

  1. Vraagje van Frank

Frank was voorbije zomer in Tienen medewerker voor “Vlaanderen Muziekland”. Er was veel belangstelling en het publiek was erg enthousiast. Op de vraag om ook in 2024 een nieuw optreden te programmeren reageerde burgemeester Katrien Partyka negatief. Frank vroeg vriendelijk of iemand van ons gezelschap invloed op haar kan uitoefenen om haar mening te doen heroverwegen.

Vlaams Parlement

12.35 u. Guido rijdt ons met zijn autocar het Brusselse centrum in. Vroeger kon hij met zijn bus aan het Madouplein rechtdoor rijden. Dat kan nu niet meer, want zoals met veel zaken hebben de Brusselse “belijdsmakers” er ook hier een potje van gemaakt. Onze bus die in het linker vak moet aanschuiven, moet verplicht rechtsaf; de bus van Brusselse vervoersmaatschappij, die rechts van ons moet aanschuiven, moet verplicht linksaf. De bussen moeten mekaar dus kruisen en daarbij is het opletten geblazen. Chauffeurs: “Niet te haastig en zeker niet zenuwachtig worden”. (P.S. “belijdsmakers” heb ik bewust met gestipte ij geschreven omdat dit beleid leidt tot lijden!)

13.00 u. Wij houden halt aan het Vlaams Parlement. De deuren zijn gesloten, maar aan de balie zie ik volk. Op mijn teken komt er iemand aangelopen en door een spleet tussen deur en kozijn deelt men mij mee dat een lid van de militaire politie de deur dadelijk zal komen openen.
En inderdaad, zo gebeurt. Binnen worden wij uiterst vriendelijk ontvangen. Alleen ik moet mijn identiteitskaart tonen en in ruil krijg ik een badge opgekleefd: “Groepsverantwoordelijke”.
De man van de catering begeleidt ons hoffelijk naar een kleine zitruimte waar op lage stoeltjes kan gezeten worden of waar ook een groepje aan een grotere tafel kan plaatsnemen. “Wat Vlaanderen doet, doet het beter”, zou ook hier moeten blijken. Anders is het zeker. De “designer” die de tafel geplaatst heeft op een trap, heeft ervoor gezorgd dat je aan de ene kant van de tafel op stoelen van normale hoogte aan de tafel kan aanschuiven. Aan de andere kant van de tafel, aan de onderkant van de trap moet gebruik gemaakt worden van hoge stoelen omdat zij 2 trappen lager staan.
Dat er een hoogteverschil is van twee trappen tussen de ene kant van de tafel en de andere kant, hebben twee leden van onze groep onmiddellijk aan den lijve ondervonden. Door de focus op de tafel, verdwijnt de focus op de grond en sla je geen acht op de trappen. Pierre stuikte onzacht tegen de grond, Marcel bijna.
De broodjes waren smakelijk en genoten de algehele waardering. Er was er wel eentje die vond dat ze te taai waren, maar ik vermoed dat dit te wijten was aan zijn gebit.

Jaak

13.50 u. Gids Jaak komt opdagen en verzoekt ons vriendelijk om er wat haast achter te zetten want het is vrijdag … en dan wordt er vroeger gesloten … ook in Vlaanderen!

Aan de ontvangstbalie legt Jaak ons uit dat het gebouw waarin wij ons bevinden vroeger toebehoorde aan “De Postcheque”, de Belgische versie van de postgirodiensten die in het begin van de twintigste eeuw in vele landen werden opgericht. Het geklasseerde gebouw werd in 1935 in de stijl van de nieuwe zakelijkheid opgericht. Het was voor die tijd een zeer innovatief ontwerp met veel gewapend beton, wat overspanningen toeliet van bijna 18 meter, een record! Omwille van de oorlog bleef het gebouw lange tijd in zijn grondvesten steken omdat de oorlogsmachine staal voor andere doeleinden nodig had. Pas in 1948 kon het in gebruik worden genomen. Een deel van de buizenpost is één van de bewaard gebleven restanten uit die periode. Van een stuk ervan werd zelfs een kunstwerk gemaakt. De aankoop van kunstwerken is één van de zaken waar de Vlaamse bewindvoerders prat op gaan. Zij gooien het geld van de brave Vlaming niet zomaar te grabbel. Al naargelang de smaak en het humeur van deze of gene “mini-ster” en afhankelijk van het gelobby van de vele slippendragers die er rondhangen, worden de zuurverdiende centjes bezorgd aan grote en kleine kunstenaars en terecht ook aan borduursters (of zou iemand anders het grote geld opstrijken?) die met kruisjessteken de drapering van de stoelen versieren waarop vreemde ambassadeurs en andere hoge pieten/mieten (ik ben voorzichtig met “me too”!) hun tere zitvlak neerploffen.

In 2005 werd het gebouw gekocht door het Vlaams Parlement dat nood had aan extra kantoorruimte.Het hele gebouw werd tot in de puntjes opgesmukt en het werd ons al snel duidelijk dat er daarbij niet op een euro gekeken werd.
In de zaal naast deze waar wij toekwamen, kregen wij naast een kunstwerk van Panamarenko nog een doek te zien: een soort tapijt dat als hout bedrukt werd … of heb ik dat verkeerd begrepen?
Boven die zaal zijn aan de ene kant de lokalen van de politieke fracties ondergebracht en aan de andere kant die van de voor de werking van het parlement verantwoordelijke ambtenaren.

Jaak legde ons aan de hand van een duidelijke overzichtsplaat ook de ingewikkelde structuur uit van het Belgische staatsapparaat met zijn 3 gewesten, 3 regio’s, 5 regeringen en enkele honderden soms erg bekwame maar vaak ook onbekwame verkozenen. Het is de kiezer die uiteraard beslist!

Bij een tweede overzichtsplaat gaf onze gids inzicht in de inkomsten en uitgaven van de Vlaamse regering. Ik onthoud dat Vlaanderen meer uitgeeft dan het ontvangt. Maar zoals u en ik weten, is dat geen probleem (misschien wordt het er wel één voor onze kinderen!). Voor alle details verwijs ik naar de site van de Vlaamse overheid waar u uitgebreide info en cijfers kan terugvinden.

Vervolgens ging het onder de straat door naar het echte Vlaams Parlement waar zich ook de fameuze glazen koepelzaal bevindt. In 1991 kocht het Vlaams Parlement dit gebouw om er kantoorruimtes te creëren.
Toen wij boven bij de koepel van de koepelzaal waren, bracht Jaak ons bij de enige zaal van het Parlement die nog in zijn originele staat behouden werd: het bureau van de voorzitter, Liesbeth Homans. Als voorzitter is zij verantwoordelijk voor de dagelijkse werking van het Parlement. Daartoe vergadert zij om de 14 dagen met de verantwoordelijke ambtenaren om o.a. te beslissen over budgetten etc.

De rijkelijk gedecoreerde zaal werd minutieus gerestaureerd. Alleen de grote heraldische versiering op één van de muren werd vervangen door Vlaamse heraldiek. De zaal is niet toegankelijk voor het publiek maar hoe hij eruitziet, is te zien op het groot schilderij net tegenover de ingang van de zaal.

In de tussenruimte, tussen de koepel en het bureau van de voorzitter, is een groot kunstwerk van Raveel opgesteld: “De werkelijkheid is anders”.

In het uitvoerend bureau vergadert mevrouw Homans regelmatig met enkele hoofdambtenaren en de fractievoorzitters. Zij bepaalt in overleg de agenda van de plenaire vergadering, welke vergaderzalen door de verschillende commissies eventueel kunnen gebruikt worden, discussieert over tuchtzaken m.b.t. parlementairen (vb. zaak Sihame El Kaouakibi). Haar macht is daardoor niet te onderschatten. Het kunstwerk met de koperen toeters van kunstenaar Hugo Duchateau met grote en kleine dieren bevat ook weer heel wat symboliek en inspireert tot heel wat filosofische beschouwingen.

In de “Rik Wouterszaal” worden hoge buitenlandse gasten met de nodige egards ontvangen. Vooral de veelkleurig geborduurde stoelen vormen er de eyecatcher.

Dan daalden wij af naar de toegang van de koepelzaal. Ook dit gebouw, aan de overkant van de straat dus, was ooit eigendom van de Post. Het is uniek modernistisch erfgoed en is beschermd als monument. De architect Victor Bourgeois zag de toenmalige lokettenzaal als symbolische ruimte waar het publiek in contact kwam met de administratie. Bijna 100 jaar later is deze zaal de plek waar de bezoekers worden onthaald. Verspreid over twee vleugels en zes etages bevinden zich de kantoren van de volksvertegenwoordigers, hun medewerkers en de administratie van het Vlaams Parlement. In het hele gebouw vind je unieke elementen met bijzondere historische of artistieke waarde
Tot 1980 werd ook dit gebouw door de diensten van “De Postcheque” gebruikt. Dat het ooit, in lang vervlogen tijden, voor postdoeleinden gebruikt werd is nog te zien in de toegangshal. In de mozaïekvloer zijn afbeeldingen van zeegolven verwerkt die verwijzen naar de tijd dat ook de mariene postdiensten nog bijzonder actief waren. In de hal zijn nog sporen terug te vinden van waar de postkoetsen toekwamen en aan de andere kant van het gebouw weer wegreden. De muren werden gesloopt en er werden zuilen geplaatst die mee symbool staan voor democratie.

De koepelzaal

De koepel met zijn 72 ton is een unieke constructie. Toen hij in 1990 gebouwd werd, vormde hij een unicum in de wereld. Van de 1802 glazen driehoeken zijn er geen twee dezelfde. Het was een huzarenstukje om alles te doen passen en eigenlijk is dat toch niet helemaal gelukt want er zijn heel wat problemen met de waterdichting.

In deze zaal zetelen de 124 Vlaamse volksvertegenwoordigers. Vooraan zitten 6 notulisten die al wat gezegd wordt, noteren. Daarnaast wordt tegenwoordig met de camera ook alles op beeld vastgelegd. Ook de klank wordt opgenomen. De griffier is de ambtenaar die de notulen moet goedkeuren en ze daarna overmaakt aan de voorzitter. Het verslag moet klaar zijn en goedgekeurd binnen de 24 uur na de vergadering.

Hoe gaat alles in zijn werk?
Na de verkiezingen leggen de verkozenen de eed af. Er worden coalities gevormd en er ontstaat een meerderheid. Dan volgt de stemming en aangezien er een meerderheid gevormd werd, wordt die aangenomen. De ministers worden benoemd, er wordt een minister-president aangeduid en de regering kan haar werk beginnen. De besluiten worden voorgelegd aan het parlement en er wordt gestemd. Nadien volgen aparte vergaderingen over het budget. Elk jaar in september, kan worden bijgestuurd.

Elke woensdag is er het actualiteitsdebat. Uiterlijk 10 uur vóór de vergadering moeten de vragen binnen zijn. Het is de voorzitter die beslist welke vragen gesteld zullen worden. Wanneer de vragenstellers vragen hebben voor één van de ministers, verwittigt de voorzitter die, zodat de minister uitleg kan komen geven.
Nadien is er ook tijd voor wetgevend werk.

Samengevat:    

  • het parlement duidt de regering aan
  • het keurt de budgetten goed
  • -het controleert de werking

Tenslotte nog dit: de Vlaamse regering is een legislatuurregering wat impliceert dat zij tijdens de legislatuur niet kan vallen. Dit heeft zijn voor- en nadelen.

Terug naar Tienen, naar het Theatercafé

Tijdens de terugreis van Brussel naar Tienen bood Jean Charlier, na een kort maar gesmaakt speechke, aan de bestuursleden namens alle Koperen Passers een geschenk aan. Onze welgemeende dank daarvoor.

16.30 u. De bus houdt halt aan het theatercafé, achter de stadsschouwburg van Tienen. Ons groepje rept zich naar binnen want er is door het bestuur een kleine drink aangekondigd om het jaar enigszins feestelijk in te zetten. De bestellingen zijn vlug geplaatst, er worden bordjes salami en kaas aangevoerd en even later roept voorzitter Pierre: “Gezondheid”. De jarige Albert Ringelé wordt in de bloemetjes gezet. Bob Meert, Thieffry Brees en Hugo Kimps verjaren eveneens in januari, maar zijn er deze keer niet bij. Ook zij die van ons heengingen en in januari jarig waren, worden even in herinnering gebracht: Gerard Janssen. 

Wij weten weer wat meer. Het was onderhoudend, leuk en inspirerend. Wij hebben weer genoten en meer moet dat niet zijn.

Ransberg 22/01/2024

P.S.
Bij het verlaten van het Vlaams Parlement heb ik een viertal brochures meegenomen, die daar vrij ter beschikking van de geïnteresseerden lagen: een special van Newsweek: "50 jaar Vlaams Parlement", "Welkom in het Vlaams Parlement", "Vlaanderen in cijfers", "Het Vlaams Parlement maakt plaats voor kunst"
Ik heb die documentatie ondertussen even bekeken en vastgesteld dat het echt de moeite waard is deze even door te nemen. Al het interessante dat wij van Jaak te zien en te horen kregen is er uitgebreid in terug te vinden. Geniet er van!

Aan allen gegroet, Maurice


 

Dankwoord Jean Charlier

 

 

Foto
Foto